Deze zesde zondag van de zomer staat in het teken van bidden. Het gebed vormt in zowel Genesis 18 vers 20-33 als Lucas 11vers 1-13 een rustpunt. In Genesis waar Abraham bezoek krijgt van drie mannen. In de drie blijkt Adonai zich te openbaren. Twee van de drie gaan op weg naar Sodom, maar God zelf lijkt te talmen en overweegt aan Abraham te onthullen wat hij gaat doen. Hier begint ook onze lezing. Abraham blijft voor Hem staan en komt naderbij. Het is de houding van het gebed, staande en zó naderend tot God. En dan voltrekt zich de dialoog tussen Abraham en zijn God. Pas daarna vervolgt ook Adonai zijn weg. Het gesprek is een moment van rust.
Ook in Lucas, tijdens de weg die Jezus gaat met zijn leerlingen van Galilea naar Jeruzalem is hierin een onderbreking ingebouwd – de reis lijkt pas enkele hoofdstukken verder te worden hervat -. Even alles stilgezet. Zomaar ergens is Jezus aan het bidden en toen hij daarmee ophield vroeg zomaar een van zijn leerlingen: ‘Kyrië leer ons bidden zoals Johannes ook zijn leerlingen geleerd heeft’.
Elly Morelissen