5-9-2021 ds. Theo de Zwart


Thema: Het teken van het brood

Zondag luisteren we samen met een heleboel mensen naar de evangelist Johannes. Wel 5000 mannen luisteren mee, en dan zijn de vrouwen en kinderen nog niet eens meegeteld. De twaalf discipelen zijn er ook bij. Jezus zit in hun midden.

Tussen al die mensen loopt er ook een jongetje. De discipel Andreas komt met hem op de proppen als er gevraagd wordt wie er eten bij zich heeft. En het jongetje mag in het midden van het verhaal eventjes in de spotlights staan. Hij heeft vijf broden en twee vissen. Het allerkleinste, het minste, het weinige, het armzalige, het is voor Jezus meer dan voldoende om de menigte te voeden. Hij schenkt het ons in overvloed! Elly en Rickert hebben daar een lied overgemaakt:

Vijfduizend mensen waren
aan ‘t luist’ren naar de Heer,
maar op de derde avond
was er geen eten meer.
Er was nog wel een jongen,
die iets te eten had.
Hij gaf het aan de Here,
het was zijn hele schat.

210905 Liturgie ds. Theo de Zwart Vijf broden en twee vissen. Het is niet veel, als er zoveel mensen bij elkaar zijn die na een lange dag onderweg honger hebben. Maar de mensen willen graag, te midden van Jezus, wonderen zien, spectaculaire dingen meemaken, ze hebben ook honger naar het Woord van Jezus. Ze verwachten op weg naar het Pesach (Joods Paasfeest) de Messias.

Jezus dankt, zegent, breekt en deelt uit. En zo worden de vijf broden en twee vissen, dat gewone door God geschapen voedsel, geheiligd. Jezus doet iets, waardoor we mogen groeien in ‘geloof, hoop en liefde’. Een broodwonder brengt Jezus tot stand. Want Het brood dat Jezus breekt is ons leven!

Jezus weet wat we nodig hebben. Hij leert ons bidden: ‘Geef ons heden ons dagelijks brood’ (Matteüs 6, 9-13). Maar vervolgens opent Jezus ook een ander vergezicht wat van waarde is. Met de handen die het brood gebroken hebben, wijst Jezus nu op Zichzelf: ‘U moet geen moeite doen voor voedsel dat vergaat, maar voor voedsel dat niet vergaat en eeuwig leven geeft; de Mensenzoon zal het u geven’ (vers 27). En even later in vers 35 en 48 zegt Jezus het voluit: ‘Ik ben het brood dat leven geeft; wie bij mij komt zal geen honger meer hebben, en wie in mij gelooft zal nooit meer dorst hebben.’

In de viering van Schrift en Tafel van deze zondag is Hij het ware Brood, gebroken voor ons, om onze zonden weg te nemen en ons te verzoenen met God in de hemel. Het is een teken van Christus Zelf. Achter het brood en vis zien we de contouren van het kruis. Jezus krijgt immers geen troon, maar een kruis op Golgotha – geen gouden kroon, maar een doornenkroon. En zo kan over het duister van de Godverlatenheid op Golgotha het Licht van de stralende Opstandingsmorgen opnieuw schijnen op jouw levenspad!

Ds. Theo A.R. de Zwart, Ziekenhuispredikant

Een reactie plaatsen

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *