17-11-2019 Pieter Dirk Wolthaus


Op de liturgische agenda staat deze zondag tussen de 1e zondag van de voleinding en de zondag Christus Koning, ook wel genoemd de laatste zondag van het kerkelijk jaar. Willem Barnard spreekt liever van zondag(en) van de kentering. De zondag tussenin, die scharniert tussen de zondagen “van Pinksteren af” en de zondagen “naar Epifanie toe” (Driekoningen, 6 jan.), tussen “hij was” en “hij komt”.
Met deze zondagen wordt tot uitdrukking gebracht dat we uitzien naar de komst van Gods koninkrijk van vrede en recht. Dan is het bijbels visioen van een nieuwe hemel en een nieuwe aarde werkelijk geworden. Dan is Gods woonplaats onder de mensen (Openb. 21, 1 – 4).
Het oecumenisch leesrooster vermeldt voor deze 2e zondag van de voleinding, in dit Lukasjaar, als evangelielezing Lukas 20, 27 – 38, dat de vraag naar opstanding als thema heeft. De eerste lezing is uit het Eerste Testament, Exodus 3, 1 – 15.  Beide lezingen worden met elkaar verbonden door het beeld van de brandende braambos.
Het Brandend Braambos is in de Westerkerk in Amsterdam een bijzondere plek geworden. Het is in beeld gebracht in een symbolisch kunstwerk, dat is ontstaan naar een idee van emeritus-predikant Fokkelien Oosterwijk.
Het werd ontworpen door beeldhouwer Hans ’t Mannetje en uitgevoerd door de firma “Julius Baller metaalbewerking & koperslagerij”. Het is samengesteld uit smeedijzeren twijgen, messing bladeren en kaarshouders, met daarin dieren geplaatst, die bij het braambos horen: vlinders en slakken.
Juist in een tijd waarin tegenstellingen op religieus en maatschappelijk terrein zich sterk kunnen laten gelden, verbeeldt het brandend braambos wat christelijke, joodse en islamitische tradities met elkaar verbindt: een universeel menselijk verlangen om het onbenoembare te ervaren en het onbereikbare nabij te brengen.

Na de overweging zingen we lied 324, dat verwijst naar Exodus 3.
In vers 2 komt de Naam van de Eeuwige aan de orde:

Wat vurig staat geschreven: dat Gij komt
‘redden wat verloren is’, dat woord,
dat Gij het hart hebt, ogen, dat Gij hoort,
‘Ik zal er zijn’, zonsopgang, nieuw verbond.


Pieter Dirk Wolthaus

Een reactie plaatsen

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *