24-12-2023 4e advent, ds. Pieter Dirk Wolthaus


Schriftlezingen: Filippenzen 4 : 4 –  9 en Lukas 1 : 26 – 38
De 4e zondag van Advent is de laatste zondag vóór het Kerstfeest. In de liturgische traditie van de kerk wordt deze zondag aangeduid met de naam “Rorate coeli”.
Deze naam is ontleend aan Jesaja 45, vers 8 :

“Dauwt hemelen van omhoog,
Dat wolkenmassa’s gerechtigheid laten neerstromen, en laat de aarde zich openen.
Laten hemel en aarde redding voortbrengen en gerechtigheid doen ontspruiten,
Ik, de Heer, heb dit alles geschapen”.

Het woord “hemelen’ verbindt deze tekst met het eerste vers van de aanvangspsalm van deze zondag, Psalm 19: “De hemel roemt de Heer”. De antifoon, die deze psalm omlijst is lied 432d: “Dauw hemel van omhoog, laat dalen gerechtigheid uit de wolken”. “Laten hemel en aarde redding voortbrengen”. Daar zien we naar uit. En die redding, dat heil, is aanstaande, zegt het evangelielezing, in de geboorte van een kind. Eenvoudiger, menselijke kan het niet. Terwijl de keizer in Rome de wereld regeert, terwijl de priesters in Jeruzalem de dienst uitmaken, draagt een eenvoudige vrouw in haar lage staat nieuw leven in zich: de zoon van de Allerhoogste, de mensenzoon. Gabriel, een boodschapper van God, brengt haar dit uitzonderlijke nieuws. Gegroet, zegt hij bij binnenkomst. In het Grieks ”Chaire”! Dat woord betekent meer dan alleen: Goeie morgen. In het Grieks kan het werkwoord chairein ook “zich verheugen” betekenen. Zo gebruikt is het een begroeting die bij de profeten een goede tijding aankondigt, een nieuw begin. In die zin is het bij profeten een oproep tot vreugde, steeds vertaald met “jubel” of met “juich. “Gegroet” is dus ook een oproep tot vreugde om een nieuwe tijd. Daar heeft Paulus ook weet van, van een nieuwe tijd, als hij schrijft aan de christelijke gemeente in Filippi (4,vers 4), een messiaanse tijd: “Weest altijd verheugd” (4,4). Waarom ? Omdat er een nieuwe tijd is aangebroken, zo vertelt ons het lied van de mensenzoon, Filippenzen 2 : 6 – 11:

Laat onder u de gezindheid heersen
die Christus Jezus had.
Hij die de gestalte van God had
hield zijn gelijkheid aan God niet vast,
maar deed er afstand van.
Hij nam de gestalte aan van een slaaf
En werd gelijk aan een mens.
Waar wij hem, in deze wereld, ruimte geven en onderdak, daar zal redding en gerechtigheid als dauw neerdalen uit de wolken.

Pieter Dirk Wolthaus

Een reactie plaatsen

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *